De stad staat een aanvraag voor een grachtoverwelving grenzend aan openbaar domein uitsluitend toe voor een vergunde garage of een carport, een toegangsweg naar onbebouwde percelen of voor het realiseren van erfdienstbaarheden.
Technische uitvoering
Inbuizingen langs baangrachten worden alleen uitgevoerd door een aannemer aangesteld door de stad Lier of door Pidpa, rioolbeheerder namens de stad.
Conform het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2021 bij de zgn. ‘Wet op de onbevaarbare waterlopen’ zijn oever- en bodemverstevigingen van een gracht alleen aanvaardbaar mits:
- de dwarsdoorsnede van de gracht niet afneemt,
- de infiltratie via de bodem en via de wanden van de gracht mogelijk blijft;
- harde materialen worden beperkt tot het noodzakelijke om de gracht en talud in goede toestand te houden;
De beschoeiing wordt uitgevoerd in doorlatende materialen en mag een normale ruiming van de gracht niet hinderen. Ruiming van beschoeide baangrachten, die niet door de stad werden beschoeid, is een last van de aanpalende eigenaar. In principe worden geen beschoeiingen in baangrachten toegelaten.
Wat met bestaande inbuizingen?
Bestaande inbuizingen moeten door de eigenaar onderhouden worden. Hij moet ervoor zorgen dat de inbuizingen vrij gehouden worden. Dit geldt ook voor de grachten van het Vlaams gewest, meer bepaald op de Antwerpsesteenweg, Mechelsesteenweg, Waversesteenweg, Kesselsesteenweg. Bestaande inbuizingen, zichtbaar op de luchtfoto’s uit 2003 (GIS), worden hersteld volgens de huidige technische specificaties (met de huidige afmetingen) en op kosten van de eigenaars.
Overgangsmaatregelen
Bestaande inbuizingen worden aangepast tijdens nieuwe weg- en rioleringswerken. Indien uit meldingen van wateroverlast blijkt dat inbuizingen de oorzaak zijn van deze wateroverlast wordt eerst, in samenspraak met de eigenaars, de inbuizing gekuist.
Indien blijkt dat de inbuizing niet voldoet aan de gevraagde kenmerken qua diepte en verval en indien de doormeter kleiner is dan 400 mm, zal de stad de eigenaar op de hoogte stellen dat deze inbuizing zal aangepast worden en dat de kosten zullen worden doorgerekend.
Dringende herstellingen worden eveneens uitgevoerd door de stad op kosten van de eigenaar, doch na evaluatie van de bestaande toestand (mogelijk gedeeltelijk herstel van de baangrachten). Bestaande inbuizingen die niet tot doel hebben een unieke toegang tot een perceel te creëren zullen, na verwittigen van de eigenaar, worden verwijderd.